Studies in doeldieren voor de ontwikkeling en registratie van nieuwe middelen bij de behandeling van E. coli darminfecties bij jonge kalveren
NTS-identificatiecode
NTS-NL-463378 v.1, 16-09-2021
Nationale identificatiecode van de NTS
Veld wordt niet gepubliceerd.
Land
Nederland
Taal
nl
Indiening bij EU
Veld wordt niet gepubliceerd.
ja
Duur van het project, uitgedrukt in maanden.
60
Trefwoorden
darminfectie
diarree
kalveren
registratie
Doel(en) van het project
Omzettinggericht en toegepast onderzoek: Ziekten en aandoeningen van dieren
Doelstellingen en verwachte voordelen van het project
Beschrijf de doelstellingen van het project (bijvoorbeeld het aanpakken van bepaalde wetenschappelijke onduidelijkheden, of wetenschappelijke of klinische behoeften).
Het doel van het project is het testen van nieuwe behandelingen of middelen voor de behandeling of preventie van een darminfectie met een ziekteverwekkende E.coli bacterie bij jonge kalveren, vaak in de eerste weken van hun leven en op het (melkvee)bedrijf waar het kalf is geboren. Deze E. coli bacteriën hechten zich aan de darmwand en produceren gifstoffen waardoor kalveren waterdunne diarree krijgen. Het ziekteverloop gaat snel, dieren drogen uit en kunnen hierdoor sterven. Diarree is dan ook bij jonge kalveren één van de belangrijkste doodsoorzaken en kan niet in alle gevallen voorkomen worden door goed preventief management.
De huidige behandeling van E. coli diarree is gericht op het op peil houden van de vochtbalans en herstel van de verstoorde darmflora, waarbij vaak een behandeling met vocht en zouten (electrolyten) en antibiotica worden ingezet. Op dit moment zijn er, als de bacterie eenmaal is toegeslagen, alleen antibiotica beschikbaar om jonge kalveren te beschermen tegen deze bacterie, terwijl het gebruik van antibiotica in de veehouderij wereldwijd ter discussie staat. Er is daarom grote behoefte aan nieuwe middelen die preventief (ter voorkomen) of curatief (ter behandeling) ingezet kunnen worden om het jonge kalf te beschermen.
Om nieuwe middelen te testen op werkzaamheid, is de ontwikkeling van een diermodel nodig waarin precies bekend is hoe een E.coli darminfectie bij kalveren verloopt. Met zo’n model kan dan bekeken worden of een (diergenees)middel het verloop van de darmontsteking verbetert, zodanig dat het dier sneller herstelt of dat het dier minder of niet ziek wordt.
Welke potentiële voordelen kan dit project opleveren? Leg uit hoe de wetenschap vooruit kan worden geholpen of mensen, dieren of het milieu uiteindelijk voordeel kunnen hebben bij het project. Maak, waar van toepassing, een onderscheid tussen voordelen op korte termijn (binnen de looptijd van het project) en voordelen op lange termijn (die mogelijk pas worden bereikt nadat het project is afgerond).
Deze studies worden gebruikt voor het ontwikkelen en registreren van diergeneesmiddelen voor de behandeling of preventie van E. coli darminfecties bij jonge kalveren. Bij de registratie van diergeneesmiddelen is het nodig de kwaliteit, veiligheid en werkzaamheid van de middelen te testen zodat deze gewaarborgd kunnen worden. In dit geval gaat het over de werkzaamheid.
Voorspelde schade
In welke procedures worden de dieren gewoonlijk gebruikt (bijvoorbeeld injecties, chirurgische procedures)? Vermeld het aantal en de duur van deze procedures.
De dieren worden in dit onderzoek via het drinken van melk geïnfecteerd met een E.coli bacterie. Ze worden vervolgens gewogen, gescoord op afwijkende gezondheid, rectaal getemperatuurd en er worden bloedmonsters genomen. De mest van de dieren wordt opgevangen en verder onderzocht. Een deel van de dieren ontvangen een behandeling (oraal of middels injecties) het andere deel niet. Uiteindelijk worden de dieren gedood om de ernst en uitgebreidheid van de veranderingen in het maagdarmkanaal te kunnen onderzoeken.
Wat zijn de verwachte gevolgen/nadelige effecten voor de dieren, bijvoorbeeld pijn, gewichtsverlies, inactiviteit/verminderde mobiliteit, stress, abnormaal gedrag, en wat is de duur van die effecten?
De ziekmakende E.coli bacterie veroorzaakt een reactie in de darm wat leidt tot hevige diarree. Het is te verwachten dat de dieren ten gevolge van de infectie symptomen zoals diarree en uitdroging vertonen. De ziekte veroorzaakt geen pijn, behalve dat door overvulling van de darmen krampen kunnen ontstaan. De handelingen aan de dieren in deze studies zijn kortdurend en bestaan uit het toedienen van de bacterie en/of een behandeling, het nemen van mest- en bloedmonsters, het rectaal temperaturen, het wegen van de dieren en het uitrusten van een kalf met een kalvertuig waarmee de mest wordt opgevangen. De dieren worden getransporteerd en individueel gehuisvest waarbij ze elkaar kunnen zien, horen en ruiken.
Welke soorten en aantallen dieren zullen naar verwachting worden gebruikt? Wat zijn de verwachte ernstgraden en de aantallen dieren in elke ernstcategorie (per soort)?
Soort:
Totaal aantal
Geraamde aantallen naar ernstgraad
Terminaal
Licht
Matig
Ernstig
Runderen (Bos taurus)
483
0
0
396
87
Wat gebeurt er met de dieren die aan het einde van de procedure in leven worden gehouden?
Soort:
Geraamd aantal te hergebruiken, in het habitat-/houderijsysteem terug te plaatsen of voor adoptie vrij te geven dieren
Hergebruikt
Teruggeplaatst
Geadopteerd
Runderen (Bos taurus)
0
20
0
Geef de redenen voor het geplande lot van de dieren na de procedure.
De dieren zullen worden gedood om ook onderzoek te kunnen uitvoeren op het lichaam en de darmen van het dier. Dieren die geen forse diarree ontwikkelen kunnen terug naar de veehouderij.
Toepassing van de drie V’s
1. Vervanging
Beschrijf welke diervrije alternatieven op dit gebied voorhanden zijn en waarom zij niet voor het project kunnen worden gebruikt.
Het is de bedoeling om middelen te testen die specifiek bedoeld zijn voor het bestrijden van de ziekte die wordt veroorzaakt door ziekmakende E.coli bij jonge kalveren. Of een middel bij een E.coli infectie in de darmen van kalveren helpt, wordt bepaald door wat het middel in de darm van het kalf doet, bijvoorbeeld het beschermen van de darmwand. Het is niet mogelijk de complexe reactie van een kalf op de E.coli besmetting en het effect van een middel op de fysiologische processen na te bootsen, anders dan in het levende dier. Om deze reden kan het kalf niet vervangen worden voor een lager ontwikkeld of minder complex organisme.
2. Vermindering
Leg uit hoe de aantallen dieren voor dit project zijn bepaald. Beschrijf de stappen die zijn genomen om het aantal te gebruiken dieren te verminderen en de beginselen die zijn gebruikt bij het opzetten van de studies. Beschrijf, waar van toepassing, de praktijken die gedurende het hele project zullen worden toegepast om het aantal dieren die in overeenstemming met de wetenschappelijke doelstellingen werden gebruikt, tot een minimum te beperken. Deze praktijken kunnen bijvoorbeeld bestaan uit proefprojecten, computermodellen, het delen van weefsel en hergebruik.
Het benodigde aantal kalveren wordt geminimaliseerd door:
- Het toepassen van een statistische onderbouwing van het aantal dieren dat minimaal nodig is om een significant effect te kunnen aantonen;
- Het goed verzorgen en huisvesten van de dieren zodat de resultaten zo uniform mogelijk zijn;
- Het kiezen van de meest veelbelovende omstandigheden bij de ontwikkeling van het model zodat de kans op een succesvol model zo groot mogelijk is.
- Niet onnodig dieren te infecteren, wanneer blijkt dat het verwachte resultaat niet meer haalbaar is. Dit is mogelijk omdat de dieren op verschillende dagen geboren worden en na elkaar geïnfecteerd worden.
3. Verfijning
Geef voorbeelden van de specifieke maatregelen (bv. verscherpte monitoring, postoperatieve behandeling, pijnbestrijding, training van dieren) die in verband met de procedures moeten worden genomen om de welzijnskosten (schade) voor de dieren tot een minimum te beperken. Beschrijf de mechanismen om gedurende de looptijd van het project nieuwe verfijningstechnieken in gebruik te nemen.
Er worden dieren genomen die de doelgroep zijn: jonge kalveren. De dieren worden optimaal verzorgd en gehuisvest, en hebben vanuit dierziekte oogpunt een optimale start, zodat de middelen worden onderzocht voor die situatie die er toe doet, als dieren toch een infectie hebben en ziek worden ondanks optimale managementomstandigheden.
Bij het toepassen van metingen of behandelingen, wordt gebruik gemaakt van methoden waarbij de dieren zo min mogelijk in hun natuurlijk gedrag worden gestoord. Waarnemingen die kunnen worden gedaan zonder de dieren te storen worden ook inderdaad op die manier verricht.
De dieren worden twee keer per dag standaard gecontroleerd en tussendoor ook nog gezien tijdens stalwerkzaamheden en ze worden uit de proef gehaald wanneer er ernstige symptomen dreigen te komen.
Licht de keuze van de soorten en de bijbehorende levensstadia toe
De dieren die gekozen zijn voor he onderzoek, zijn precies de doeldieren van de doelleeftijd. Op deze manier zijn resultaten van onderzoek een-op-een vertaalbaar naar de reele situatie. De dieren zijn niet te vervangen door andere dieren omdat de interactie tussen de kiem en het dier op de gegeven leeftijd heel specifiek is en afhangt van veel verschillende factoren,
Voor een beoordeling achteraf geselecteerd project
Project geselecteerd voor BA?
ja
Termijn voor BA
15-12-2026
Reden voor de beoordeling achteraf
Bevat ernstige procedures
ja
Maakt gebruik van niet-menselijke primaten
Andere reden
Toelichting van de andere reden voor de beoordeling achteraf
Aanvullende velden
Nationaal veld 1
Veld wordt niet gepubliceerd.
Nationaal veld 2
Veld wordt niet gepubliceerd.
Nationaal veld 3
Veld wordt niet gepubliceerd.
Nationaal veld 4
Veld wordt niet gepubliceerd.
Nationaal veld 5
Veld wordt niet gepubliceerd.
Startdatum project
Veld wordt niet gepubliceerd.
Einddatum project
Veld wordt niet gepubliceerd.
Goedkeuringsdatum project
Veld wordt niet gepubliceerd.
ICD-code 1
Veld wordt niet gepubliceerd.
ICD-code 2
Veld wordt niet gepubliceerd.
ICD-code 3
Veld wordt niet gepubliceerd.
Link naar de eerdere versie van de NTS buiten het EC-systeem